Vertaald door Piet Das.
Volksverhalen kunnen een geweldige manier zijn om natuurwetenschappen op een praktische manier te introduceren op de basisschool.
Eerder dit jaar gaf ik workshops aan jonge kinderen (7-10 jaar) en hun ouders, waarbij doe-activiteiten gekoppeld werden aan een verhaal uit een bepaalde cultuur of een volksverhaal. Op veel basisscholen in het Verenigd Koninkrijk zitten leerlingen uit veel verschillende achtergronden bij elkaar, waarbij ze op sommige scholen maar liefst 25 talen spreken. Ondanks hun verschillen geniet iedereen toch van een goed verhaal. Deze verhalen vonden niet alleen weerklank bij mensen uit verschillende culturen, maar promoten ook goede waarden en bevatten ook wel wat wetenschap.
Hoewel deze activiteiten oorspronkelijk werden ontwikkeld voor kinderen en hun ouders, is er slechts goedkope, gemakkelijk toegankelijke apparatuur voor nodig en kunnen ze moeiteloos worden herhaald in de klas. Hier beschrijf ik activiteiten die heel verschillende aspecten van de wetenschap bestrijken, en die allemaal kunnen worden geïntroduceerd met een volksverhaal.
van je experiment proeven
Afbeelding met dank aan Sai
Pathmanathan
De eerste activiteit, boter maken, is gebaseerd op een Russisch volksverhaal.
Er was eens een grote kikker en een kleine kikker. Op een dag gingen ze op reis en kwamen ze op een boerderij met koeien. Terwijl ze rondhuppelden, sprongen ze per ongeluk in een grote emmer gevuld met dikke room. De zijkanten van de emmer waren te hoog en te glibberig om er uit ze klimmen.
De kleine kikker zei dat ze moesten blijven trappelen totdat er iemand zou komen om hen te redden, maar de grote kikker zei dat hij te moe was om te zwemmen en begon langzaam te zinken. De kleine kikker drong er bij de grote kikker op aan om te blijven trappelen en terwijl ze trappelden, begon de dikke room te veranderen in boter. Al snel dreef er een enorme klont boter op het water. De kikkers klommen er op, en konden uit de emmer hoppen en weer de hele weg naar huis te gaan.
Per deelnemer:
Per klas
Room is een emulsie: kleine druppeltjes (in dit geval van vet) zitten fijn verdeeld in een andere vloeistof (meestal water, maar ook eiwitten, suikers en zouten zoals calcium). Het schudproces van de room (karnen) laat de druppels op elkaar botsen. Als ze elkaar met voldoende kracht raken blijven ze aan elkaar plakken. De klont wordt groter als er steeds meer druppels aan blijven plakken.
Je kunt je leerlingen bijvoorbeeld vragen:
Op basis van een Hawaiiaanse legende staat deze activiteit model voor de werking van vulkanen.
Op een dag was de zeegodin Namaka boos op haar zus Pele, de godin van het vuur. Daarom stuurden hun ouders , Moeder Aarde en Vader Hemel, Pele en haar andere broers en zussen in een kano naar een veilige plek om zich te verbergen voor Namaka. Ze landden op een eiland en Pele begon een huis te bouwen voor hen en met behulp van haar graafstok maakte ze een kuil waarin ze vervolgens een vuur maakte. Het vuur steeg op uit de aarde, het zond rivieren van hete lava de oceaan in en duwde het water weg. Toen de lava afkoelde, veranderde het in steen en vormde het eiland Kaua'i: een nieuw thuis voor Pele en haar broers en zussen.
Namaka was echter nog steeds boos en stuurde enorme golven naar de kuil om die te laten overstromen en de brand te blussen, zodat Pele en haar broers en zussen opnieuw moesten verhuizen. Ze vonden een nieuw eiland en Pele groef nogmaals een kuil en maakte vuur; de resulterende lava creëerde het eiland O'ahu . Nogmaals stuurde Namaka golven naar Pele's nieuwe thuis om het te laten overstromen. Tot slot kwamen de broers en zussen aan op Big Island , die te hoog was voor Namaka ‘s golven om het vuur te laten verdrinken. Inheemse Hawaiianen geloven dat Pele nog steeds in de Kilauea krater op het Grote Eiland zit.
Per deelnemer
Samen:
Een vulkaan is een opening in de aardkorst waardoor gesmolten gesteente (magma), gas en as met grote kracht naar buiten stroomt. De gassen die uit vulkanen komen zijn voornamelijk waterdamp en koolstofdioxide, maar er zijn ook andere, gevaarlijke gassen.
Het lava mengsel in de activiteit is voornamelijk natriumwaterstofcarbonaat, een base. Als een zuur, zoals azijn reageert met het waterstofcarbonaat dan komen er koolstofdioxidebelletjes vrij.
Passende vragen om aan je leerlingen te stellen zouden kunnen zijn:
Je zou wat stukken lava door kunnen laten geven (b.v. puimsteen) die verbazingwekkend licht is. Of je zou de hawaiiaanse namen kunnen introduceren voor verschillende soorten lava: Pahoehoe is zachte lava die langzaam afkoelt en langzaam voortbeweegt, en A’a is scherpe lava die snel afkoelt en zich snel voortbeweegt.
gebruikte de slimme kraai
steentjes om het waterniveau
te laten stijgen in de kan
Afbeelding met dank aan John
Gerrard Keulemans;
afbeeldingsbron: Wikimedia
commons
Deze activiteit, gebaseerd op Aesops fabel van de kraai en de waterkan, onderzoekt de verplaatsing van water.
Er was eens een erg slimme kraai. Op een hete dag, was hij dorstig en na een lange tijd rondgevlogen te hebben op zoek naar water, kwam hij een waterkan tegen, maar die was bijna leeg. Hij kon niet bij het water, hoe hard hij het ook probeerde en als hij de kan zou omgooien zou het water in de grond zakken voor hij het kon drinken.
De kraai dacht even na, nam toen een steentje en gooide het in de waterkan. Hij merkte dat het water omhoog kwam. Hoe meer steentjes hij in de kan liet vallen, hoe meer het water omhoog kwam. Algauw was hij in staat om een verfrissende slok water te drinken.
Per deelnemer”:
Samen:
Aangezien water niet kan worden samengedrukt, beweegt het omhoog (d.w.z. verplaatst het zich ) met hetzelfde volume als dat van het toegevoegde voorwerp. Dit verschijnsel kan worden gebruikt om het volume van een onregelmatig voorwerp te bepalen en, als we ook het gewicht van het voorwerp bepalen, de dichtheid vast te stellen.
Volume en dichtheid zijn waarschijnlijk te moeilijke concepten voor jongere kinderen, maar de leerlingen kunnen onderzoeken welke voorwerpen drijven en zinken en zien hoe het water stijgt. Geschikte vragen aan uw leerlingen vragen kunnen zijn:
Deze activiteiten werden ontwikkeld met de ondersteuning van de Biochemical Societyw1 uit het VK.